Oud en Nieuw, het zit al in de naam verborgen. Tijdens deze dagen liggen heden en verleden nog dichter naast elkaar. De tijd is in alles te voelen, tikt even voor twaalf uur middernacht letterlijk vooruit. Wat was en kan gaan komen wordt vloeibaar, mengt zich tot het nieuwe verhaal voor het komende jaar.
Voor mij is oud en nieuw als zitten op een mooie, glanzende steen bij een klaterende waterval. Er is een diepte onder je die je nog niet kent, je hoort het geluid van het water dat de bodem bereikt. Een zingend grommen stijgt omhoog. Boven je het einde van het stroompje dat is veranderd in het begin van dit vallende watergordijn. Dat stroompje kende je al, een deel van het water laat zich gewillig mee voeren naar beneden.
Maar er zijn ook altijd eigenwijze druppels, stukjes nevel, die zich los spetteren van het stroompje, landen op de oever, op een steen of met wat vertraging op een andere plek in de stroom.
Al zittend op die glanzende steen, observeer ik al die druppels. Welke glinsteren het mooist? En waar hebben kleine modderpoeltjes zich verborgen? Het licht speelt met het water in de waterval, ik steek mijn tenen er langzaam in.
Nog even kijken naar het stroompje boven, een laatste diepe zucht en dan spring ik er in, om mij weer verder te laten voeren in dat wat was en wordt.
Ik wens je een fijne duik, een jaar vol verrassingen, waarvan de meeste hopelijk liefdevol en goed.
