Op de hoek van de kaart reist een verhaal:

 Elk vlaagje wind een orkaan, takken kreunen, breken af. De boom is kaal, haar wortels strak getrokken in de grond. De kruin ontdaan van wolken, hangend naar de aarde. De bast verdroogd, kleur vergaan. Elke vlucht een marathon, zand stuift, vliegt op. De vlinder vol glanzend goud, haar vleugels krakend fris. Ogen vol met lente, kijken zoekend naar de kroon. Ze is nog geen 5 centimeter, maar o zo energiek en glimmend trots. De vlindervlucht eindigt in haar schaduw, takken zwieren verrast. Een vlinder bij de kruin? Wiekend geklapper klinkt. Een fijn geluid. De bloesem herleeft bij het horen. Takken zwieren, bladeren groeien. De bast vindt haar kleur. Bladeren gelijkend de vlinder kleuren alles roze. De boom hervindt haar wortels, de vlinder vindt haar pop.